proosten aan de frontlijn
de horizon gilt naar alle tijden tijden die verscholen liggen in verloren jaren en mooie dagen ze wacht niet op gebrabbel en leugens die verspreid worden in doordrenkt bloed en hemelbedden de hitte trilt van de angst steeds weer keert het gras zich tegen het grauwe beton het ruikt hier naar beleg en oude kaas in muffe kelders met schimmelsporen voor we verdwijnen proost ik aan de frontlijn de vlammen drijven al op het water